Geleiden example sentences

geleiden

werkwoord

  - meegaan en de weg wijzen

  - voeren, gaan naar

  - (warmte of elektriciteit) doorlaten, doorgeven

"Geleiden" Example Sentences

1. De gids geleide ons door het museum.
2. Een onzichtbare kracht leek hem te geleiden.
3. De ster geleide de wijzen naar Bethlehem.
4. Zijn intuïtie geleide hem naar de juiste beslissing.
5. De wegwijzers geleiden je naar het kasteel.
6. Hij liet zich geleiden door zijn emoties.
7. De trein geleide ons snel naar onze bestemming.
8. De rivier geleide de boot stroomafwaarts.
9. De professor geleide de studenten door de complexe theorie.
10. Haar dromen geleiden haar naar een nieuwe toekomst.
11. Laat je niet geleiden door roddels.
12. De hand geleide het kind over de straat.
13. Zijn geloof geleide hem door moeilijke tijden.
14. De pijlen geleiden je naar de schat.
15. De kabel geleide de lift omhoog.
16. De wind geleide het zeilbootje.
17. Hij werd geleide door een mysterieuze stem.
18. Het kompas geleide de reizigers op koers.
19. De ervaring geleide haar beslissingen.
20. De helderziende geleide de politie naar de verdachte.
21. Het instinct geleide de dieren.
22. De routebeschrijving geleide hen naar hun hotel.
23. Zijn hart geleide hem naar haar.
24. De lichten geleiden de weg naar de uitgang.
25. De sporen geleiden de detectives naar de dader.
26. De stroom geleide de elektriciteit.
27. Zijn dromen geleiden hem naar de waarheid.
28. De golven geleiden het surfersboard.
29. De logica geleide zijn argument.
30. De signalen geleiden de boodschap.
31. Zijn verstand geleide hem tot een oplossing.
32. De rails geleiden de trein.
33. De wetenschap geleide de uitvinding.
34. De pijlen geleiden de ogen naar de tekst.
35. De intuïtie geleide hem naar de schuilplaats.
36. De magneet geleide het metalen voorwerp.
37. De zwaartekracht geleide de vallende appel.
38. De morele principes geleiden zijn daden.
39. De kaarten geleiden ons door de stad.
40. De leidingen geleiden het water.
41. Zijn overtuiging geleide hem in zijn strijd.
42. De draden geleiden de elektriciteit.
43. De regels geleiden het spel.
44. De principes geleiden zijn leven.
45. De krachten geleiden de gebeurtenissen.
46. De lijnen geleiden het oog.
47. De golven geleiden de energie.
48. De paden geleiden de wandelaars.
49. De ideeën geleiden de discussie.
50. De stenen geleiden de rivier.

Recently Searched

  › Geleiden
  › Runner noun
  › Rationalistic noun
  › Alveolib noun
  › Splendacious adjective
  › Reeded adjective
  › Shinbones noun
  › Crossovers
  › Quencher noun
  › Ciliated
  › Fizz verb
  › Gripsacks
  › Adorations noun
  › Thugnificent
  › Disliked verb
  › Cohortorigin
  › Maw noun
  › Intimidateyour verb
  › Venography noun medicine
  › Maargerman [mär]

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z